Dat een idee zichtbaar is betekent dat ze blootgesteld wordt en dat ze een publiek heeft. De filosoof moet alsnog de theatermaker worden die hij niet werd omdat hij zich liever overgaf aan het leven van de idee. Plato wilde tragedieschrijver worden, werd filosoof, maar schreef met zijn dialogen theater.
De theatermaker omgeeft zich met vertaalslagen. De idee wordt vertaald in een groepsproject. De auteur schrijft een scenario. De groep brengt het scenario op de planken, in een strikt begrensde ruimte, een scène, beeld en verloop. Het publiek wordt bereikt met een taal waarmee het vertrouwd is, met vervreemdingseffecten, schokeffecten en het oproepen van emoties.
De idee kan in het theater worden aangekleed met moraal, boodschap, onderzoeksdialogen, koorbeschouwingen. De kleren tonen en verbergen de idee.
Het theater is strikt, het theater strikt.
Het verloopt volgens precieze aanwijzingen.
De tragische held verstrikt zich in zijn pogingen zijn leven uit de strikken van het lot te bevrijden.
Het publiek heeft oog voor de strikken waarin de idee geborgen zit maar is zelf de strik van de idee. Het kijkt naar zichzelf, zijn verstrikte idee.
De idee is vertaald in de zelfkijking van het publiek.
Theater: twee ogen tegen elkaar aan gedrukt.
Versleten mysterie voor de buitenwereld.
Opvoedingsdroom van de theatermakers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten