zondag 23 december 2018

Almachtig onderwijs dankzij privacy

Tegenwoordig zet ik geen cijferlijsten meer op de internet-omgeving van mijn leerlingen. Ook is het riskant om cijfers voor te lezen in de klas - doe ik niet - en ik word voorzichtiger met het neerleggen van toetsen met cijfers op hun tafels.

Toch bestaan die lijsten nog gewoon. Ze staan hier op mijn bureaublad. Als de leerlingen erom vragen krijgen ze de tussencijfers, en op Magister kan ik de cijfers zo neerzetten dat leerlingen alleen hun eigen cijfers zien. Ik heb dus als enige het overzicht. We naderen dan de ideale situatie van het panopticon, de centrale gevangenistoren van waaruit je met minimale inspanning maximaal resultaat hebt, met een bewaker tientallen gedetineerden kunt surveilleren. 

In werkelijkheid ligt de situatie complexer. Zo moet ik mijn informatie delen met mijn collega's en de schoolleiding. Ook de ouders kunnen mij op de vingers kijken. Ik moet me tegenover hen verantwoorden als de cijfers tegenvallen.

Deze situatie lijkt minder op die van het panopticon, en meer op die van shaming zoals ik dat door de Russische socioloog Kharkhordin verwoord zag. Bij het panopticon worden vele mensen gezien door de enkeling, bij shaming wordt de enkeling gezien door velen. Nemen we dit mee in onze machtsberekening, dan verliest de docent per saldo aan macht. Hij moet nu de cijfers van zijn leerlingen omhoog krijgen zonder dat hij hen in de situatie van shaming kan plaatsen.

Nog complexer wordt het wanneer we bedenken dat die shaming misschien niet helemaal afwezig is. Leerlingen weten vanwege de privacy-wet niet wat andere leerlingen hebben gehaald. Maar neurotisch als ze zijn (opgevoed), hebben ze hierover ongetwijfeld vage voorstellingen. Het is precies deze vaagheid die het meest effectieve machtsaspect is, denk ik, in shaming. Als je precies weet wat de anderen van je denken kun je dat nog beleven als iets uiterlijks. Maar als je dat niet precies weet, ga je erover fantaseren en raken de vernederende blikken vermengd met het oordeel over jezelf, het wordt een meerstemmig koor in jezelf.

Eerder heb ik geanalyseerd dat de leerling, en bijgevolg ook de docent, een valse troonpretendent wordt. Hij moet aanspraak maken op goede cijfers, maar denkt al gauw dat hij daartoe niet in staat is.

Met cijferloos leren wordt de situatie nog vager en in die zin dus effectiever. Leerlingen kunnen zich bij elke goedbedoelde feedback nog meer gaan afvragen wat de docent er in godsnaam mee bedoelt. Hetzelfde geldt voor de docent die wordt bekeken door zijn collega's en de leiding. Ze zitten daar, geven geen feedback of een beetje, of heel neutraal klinkend, en het is aan de docent om zich vertwijfeld af te vragen hoe hij dit moet interpreteren.

Alles draait om mogelijkheden, om de suspensie van zijn en niet-zijn in de mogelijkheid. Shaming en disciplinering vullen elkaar wonderwel aan. Dat leerlingen en docenten hierin overleven moet wel betekenen dat ze immuniteit ontwikkelen. Er wordt veel gerelativeerd en gerustgesteld. Altijd is er nog een uitweg, desnoods in het exitgesprek.

 Afbeeldingsresultaat voor exit

Geen opmerkingen:

Een reactie posten