vrijdag 18 augustus 2017

De jongen





Gisteren fietste ik met Inez langs het beeld dat u op de foto ziet. Het kunstenaarsduo SpaceCowboys heeft het gemaakt en het staat ergens boven Zutphen bij de IJssel. Er stonden overigens langs de IJssel veel meer beelden, in het kader van de IJsselbiënnale. Ga kijken, maar realiseer je dat je zult moeten fietsen of desnoods wandelen.

Zoals wel vaker lijkt alles wat ik lees betrekking te hebben op wat ik zie. Ook nu weer drongen zich diverse teksten en gedachten aan me op:

1.
Neotenie. Sloterdijk herinnerde me eraan, maar ik was het ook al tegengekomen bij Agamben en Ten Bos. Neotenie is fixatie van jeugdelijke eigenschappen in de mens in de loop van de evolutie. Zo ziet de Nederlandse paleoantropoloog Louis Bolk een samenhang tussen de jeugdige eigenschappen die bij de evolutie van primaat tot homo sapiens zijn versterkt en het vermogen tot voortplanting. De mens heeft nauwelijks haar maar hoeft niet op dat haar te wachten tot hij geslachtsrijp is. Toevallig fietste er een jongen langs het beeld, zie opnieuw de foto.

2.
De titel van het beeld is 'In God we trust'. Het is de tekst die ook op de dollar staat. Ik had juist het een en ander over economie gelezen en voel me uitgenodigd na te denken over de samenhang van dit beeld met geld en waarde. Mijn eerste gedachte is dat de economie steeds meer draait op de jeugd, de jeugdcultuur, de midlifecrises en de jonge ambitieuze ondernemers. Toch luidt de tekst niet 'In the Child we trust'. Maar het christendom heeft God in beeld gebracht als kind, baby, zoon. Ook buiten het christendom vind je de verbeelding van God als kind. En omgekeerd: het sprookje Peter Pan herinnert aan Hollywood en dus de connectie tussen verbeelding en kapitalisme.

3.
Bij Epstein kwam ik de bachtiniaanse uitdrukking 'embryonic beginnings' tegen als omschrijving van een dynamiek in de orde van tekens en techniek. Deze orde zingt zich geleidelijk los van het lichaam. Ineens krijgen we oog voor het hybride hoofd en de link met de pleisterplaats en de waterwerken om hem heen. Is het beeld wel een lichaam? Of is het element van de machinerie die nodig is om de mens te laten overleven, de uiterwaarden leeg te pompen en naar believen weer vol te laten lopen?

4.
Denkend aan de god Pan en het uur waarop we het beeld passeerden komt de verwijzing op naar het middaguur van de herders, de bucolica van Vergilius en de landbouw. We vertrouwen op God, maar deze God zit lekker wat uit te rusten op het dak van een pleisterplaats. Misschien zit hij te wachten op zijn kans om de aarde te redden, als plan B nadat onze techniek is vastgelopen. Misschien ook rust hij even wat uit voordat hij weer aan het werk gaat. Veel maakt dat niet uit, hij zit vooralsnog lekker te niksen, misschien speelt hij zometeen wat op zijn fluit of gaat hij lekker dollen met de meiden. Hoe dan ook, de arbeid leidt vanzelf, als rust of na het werk, tot inoperosità, de onwerkzaamheid (Agamben).

5.

 Afbeeldingsresultaat voor museum More rotjong
Later op de dag lunchten we bij museum More in Gorssel. Voor de deur zit daar het Rotjong van opnieuw weer SpaceCowboys. Het beeld is eng vanwege de bobbels en het gewei dat ook nog eens beschadigd is. Maar met terugwerkende kracht kijken we nu ook weer anders naar de Pan van In God we trust. Die kap met uitsteeksels, het ontbreken van een gezicht, dat maakt het allemaal net iets minder hoopvol en vriendelijk. De jongen heeft geen persoonlijkheid, geen karakter. Als zodanig is het een iedereen, een Elckerlyc. Agamben wijdt een boek aan de tekeningen van dat andere rotjong Pulcinella door Tiepoli en zegt dat Pulcinella een manier is om van het leven te houden zoals het is, bij alle tegenslagen en karakterwisselingen. Zo blijven Rotjong en Pan ook gewoon zitten, het zijn wellicht twee kanten van dezelfde jongen.

6.
Vanochtend schreef een vriendin me dat ze binnenkort jarig is. Uit privacy-overwegingen verklap ik haar leeftijd niet, maar wel dat ze zich jonger voelt dan ze is. Ze herinnert me aan Derrida met zijn 'leren leven, eindelijk'. Dit kruiste weer met een artikel van Sloterdijk over Derrida waarin hij argumenten aanvoert om hem niet tot de traditie van ars moriendi, de stervenskunst, te rekenen. Derrida zei vlak voor zijn dood, grotendeels in Duitse vertaling:
Ich habe nicht gelernt, den Tod zu akzeptieren ... Ich bleibe unerziehbar, was die Weisheit des savoir mourir betrifft. Ich habe diesbezüglich weder etwas gelernt noch erworben. (Sloterdijk, Was geschah im 20. Jahrhundert?, p.138)
Ja, dat begrijpen we, Derrida was altijd al bezig met leven na de dood, met de onmogelijkheid de dood te beleven en verwerken. Wat houdt dit leren leven anders in dan deze onmogelijkheid de dood te accepteren en 'onopvoedbaar' te blijven, zoals het rotjong en Pulcinella? Ik denk ook aan Derrida's ideeën over Europa dat te jong en te oud is, het jonge meisje op de rug van de stier die eigenlijk een god is, onsterfelijk, tenminste als beeld en mythe...

7.
Zes losse opdringerige teksten die zich in mijn hersenen verknopen rond het beeld aan de IJssel. Ik kan het niet laten er een zevende bij te voegen, zeven is het getal van de dag waarop God rustte. Trust heeft misschien met rust te maken. Het is mijn laatste echte vakantiedag. We zouden indien mogelijk kunnen kijken over de schouders van Pan en zien dan de gerestaureerde ruïne Nijenbeek. Wat een mooi oxymoron, gerestaureerde ruïne, net als overigens pleisterplaats, het gebouwtje waarop Pan zit. Ik denk opnieuw aan Derrida die terloops ergens schreef dat hij van ruïnes hield, dat elke liefde wellicht betrekking heeft op ruïnes. Het gaat dus over niets minder dan de liefde. We houden van God, het rotjong en de deconstructie omdat ze sterfelijk zijn, vanwege hun rimpels, uitsteeksels, onvolwassen gedrag. Ik kijk terug op een vakantie waarin ik driemaal heb gezeten bij mijn vader die in restaurant Goya in plaats van een voedzame maaltijd een ijscoupe bestelt. Ik denk aan mijn dochter die me vermanend toespreekt als ik haar powerbank wil lenen om maar zo vaak en zo lang mogelijk online te zijn. Het komt dus wellicht niet meer goed met de wereld, met mijn volwassenheid en die van anderen, maar we kijken en zeggen dat het mooi is, zeer mooi.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten