Het ligt allemaal zo dicht bij elkaar, prijzen, vloeken, je uiten. Zit daar ook een theoretisch probleem? Anders had ik deze blog beter kunnen stallen in Prijzingen! of weet ik veel waar. Nu zat ik toch al met dit probleem vanwege die verrekte Russen. We houden zo van ze, van hun cultuur en van hun dissidenten, maar ook vanwege hun band met de simpele mensen die je zo makkelijk voor de gek houdt, en die Jezus Christus bij uitstek zijn hemelrijk toezegt.
Lastig, zeker deze dagen, want mede door de steun van deze talrijke leipo's zitten honderdduizenden Oekraïners in de ondergrond en hebben ze maar matig voordeel bij onze heldenverklaringen en onze rouwmatige borstklopperij. Sterven kan nog wel, maar al die weken voordat je dat doet zit je toch maar lelijk op die paar vierkante meters.
Schrijvers als Isaak Babel hebben hier een bijna rechtvaardigend of zuiverend karakter. Ze wisten zo goed die sfeer van het oude Odessa te schetsen, maar tartten ook onze deugd door de wreedheid uit te tekenen. Denk ook aan Jasja Heifetz of die beroemde trappen van Eisensjtejn, waar nu houten kruisen staan om tanks tegen te houden. Die kinderwagen die holderdebolder de trappen af stuiterde. Cultuur of barbarij, of allebei?
Het probleem waar ik vandaag op stuiterde was het schelden dat niet altijd schelden is. Neem het Nieuwgriekse woord malákas dat zoiets betekent als smeerlap, softie, homo, maar niet in seksuele zin, eerder iemand die avnanismós praktiseert, onanisme. Je zegt het niet alleen tegen iemand in het verkeer die je de weg afsnijdt, maar ook tegen iemand die je goed kent, om uit te drukken dat je die iemand graag op een vertrouwelijke manier uitscheldt.
Lezers, jullie weten dat dingen soms van verschillende kanten op me afkomen. Zo mocht ik voor een oude vriend een stuk tekst vertalen waarin gezegd werd (ik heb het over de elfde eeuw) dat wijsheid vaak de vorm aanneemt van prikkels, zwepen, spijkers die diep in ons gedreven worden, verbale agressie zelfs. We hebben dat blijkbaar nodig want anders raakt het ons niet. We willen graag erkend worden als barbaar voordat we eventueel tot zelfverheffing overgaan.
De Grieken zijn dus goed in deze carnavaleske sfeer van de taal, waarin je iets tegelijk positief en negatief bedoelt. De Russen kunnen er ook wat van, hedentendage. Ze blaffen hun vertrouwde assistenten toe, inquisiteren hen en stoppen hen in de gevangenis. Hun broeders bombarderen ze stuk en omsingelen hen zodat ze doodgaan van de honger en de dorst. Dat is hun manier om brátstvo (broederschap) en droezjbá (vriendschap) uit te drukken.
Toen ik twaalf was, was ik geschokt toen mijn vriend Eddy me een klap in mijn maag gaf, ten teken van vriendschapsbetoon. Ik was blijkbaar in staat om zoiets vulgairs te interpreteren als blijk van vriendschap en liefde. Zo sneed ik ook ooit met mijn achterbuurjongen in mijn arm om met dat bloed mijn handtekening te zetten onder ons vriendschapscontract.
God zegt in de Bijbel dat hij met zijn volk een verbond 'snijdt' (karat' berit'). Dat kan hard aankomen. Je kunt ineens en masse weggevaagd worden van de aardbodem, allemaal uit liefde natuurlijk, maar evengoed kun je worden uitverkoren om de rest van de wereld te redden, waarbij je je, terecht of niet, even superieur waant en een paar vliegtuigen naar Syrië stuurt met wat raketten. From God with love.
Er is iets aan ons mensen dat zinnige boodschappen afweert. Er worden zoveel signalen op ons afgevuurd, 'afgezonden' zoals mijn collega-docenten vandaag zeiden toen ze de leerlingen steeds meer signalen zonden, waarbij die leerlingen zich in toenemende mate immuniseerden. Dat is kennelijk het effect. Hoe meer raketten, hoe minder gehoor. Hoe meer sancties, hoe minder toegeeflijkheid. Het omgekeerde geldt trouwens niet. Het is niet dat je meer vriendelijkheid oproept naarmate je minder signalen zendt. Helaas, was het maar waar! (Dat dachten we nog wel in de jaren tachtig, toen we met groepjes contact zochten met groepjes in het Oostblok, maar waar de sovjets zwichtten voor de militaire en economische druk van Reagan, althans volgens de Russische gids die ons in 1989 door Moskou rondleidde, Alekséj, aardige vent).
Die beschouwing over het Griekse woord malakás heb ik van de youtube-serie Easy Greek, het kijken waard als je Nieuwgrieks wil leren. Maar ook in de teksten van Plato, waar deze serie toch over gaat, kom je dat woord al tegen. Orfeus was een zwakkeling, heet het in Symposium, omdat hij zijn geliefde weliswaar ging halen in de Onderwereld, maar uiteindelijk liet hij haar daar achter terwijl hij zichzelf in veiligheid bracht. Slap! Malakós!
Voorzichtig pleit ik ervoor dat we scheldwoorden niet te strikt in oppositie met zegeningen brengen. Schelden op God, of op andere hoge piefen, is een soort huldebetoon, een soort blijk van intimiteit. Malakás zeg je niet zomaar tegen iedereen, het is echt iets moois als je erbij hoort en wordt uitgescholden. Dat begrijp je alleen als ze je toelaten. En die manieren om je toe te laten kunnen dus behoorlijk variëren. Meedoen, daar komt het op aan, en dan merk je vanzelf of je erbij hoort.
μαλάκα <3
BeantwoordenVerwijderen