donderdag 25 augustus 2011

Jongens jongens toch

Okee, iedereen hield van jongens of werd geacht van jongens te houden, bij Plato. Het zal allemaal wel verklaarbaar zijn, maar er moest toch iets over verzonnen worden. Vond Plato.

De opstijging naar de idee verloopt in Symposion - zo luidt de les van de vrouw Diotima - via de jongens. Eerst kijken naar de jongens, platonische liefde dus, en dan doorschakelen naar schijnbaar iets anders. De grap is evenwel dat een idee niet zomaar iets anders is, maar de essentie van het ding zelf. In dit geval dus die jongen en die blik, noem maar op.

Zo belanden we via de jongensliefde in de jongensliefde.
En dat heet dan opvoeding, Bildung, paideia.

Later worden die jongens nogal eens gepakt in instellingen waar de Platoonse heen-en-weerbeweging wordt geïntensiveerd door Gods toewending. Dubbel en dik erover maar.

Geeft allemaal niet, want er zit een wijze les in. Een les die we nog lang niet uitgepakt hebben. De les dat er een wezenlijk verband zit tussen het wezenlijke en de overbrenging op de echte of symbolische jongens. Het kan dus evengoed bij meisjes, ouderen, onszelf, dieren, plastic poppen.


En het kan evengoed bij het wezenlijke zelf. Het wezenlijke komt bij zichzelf door onderwijs, door jongensliefde, door 'liefde' voor 'jongens'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten