Zo’n 170 jaar geleden schreef een Deense filosoof een
tekst die enorme indruk maakte op zijn lezers, Frygt og Bæven (‘Vrees en beven’). Veel mensen hadden het idee dat de Bijbel je
vooral vertelt dat je een goed mens moet zijn en lief voor elkaar. En dan komt
daar ineens een filosoof die een heel ander verhaal lijkt te vertellen. Sören
Kierkegaard zegt eigenlijk dat religie iets heel anders is dan de plicht om je
goed te gedragen.
Het verhaal is bekend. God beveelt Abraham zijn enige
zoon Izaak te offeren om zijn toewijding aan God te bewijzen. Als Abraham
echter op het punt staat Izaak te doden, verschijnt een engel die hem
tegenhoudt. In plaats van Izaak mag Abraham een ram offeren. Eind goed al goed,
zou je kunnen zeggen.
Maar zo ervaar je volgens Kierkegaard niet wat er op het
spel staat. Stap voor stap neemt hij ons mee met Abraham en schetst hij tot in
het kleinste detail de onmogelijke taak waar Abraham voor staat. De
verschrikking van Gods extreme eis is niet alleen dat Abraham zijn zoon moet
doden, maar ook dat diezelfde zoon hem eerder door God gegeven was. Abraham zou
de vader worden van een groot nageslacht, zo had God hem beloofd, en daartoe
had Hij zijn vrouw Sara op veel te hoge leeftijd, biologisch onmogelijk, een
kind bezorgd. En nu zou Hij diezelfde zoon weer afnemen! Kan het wreder?
Gods eis is dus volstrekt doelloos. Als Izaak wordt
geofferd, valt de hele belofte van God aan Abraham in het water. Er wordt geen
hoger doel mee gediend. Vandaar dat we op dit verhaal alleen maar kunnen
reageren met vrees en beven, zegt Kierkegaard.
Alleen zo kunnen we de grootsheid van Abraham begrijpen. Hij was bereid
zijn zoon te doden, terwijl hij op dat moment het happy end nog niet kende.
We kunnen over deze verhaaltjes de schouders ophalen.
Maar soms komt het Abraham-gevoel wel erg dichtbij. Denk maar aan Mohamed B.,
de moordenaar van Theo van Gogh. Ook Mohamed B. liet zich niet leiden door een
hoger doel, alleen maar door het geloof. Dat is wat hij zelf tegen de rechtbank
zei. Goed, maar Mohamed B. heeft toch niet zijn zoon willen doden?? Hier zijn
woorden: ‘En ik heb zelfs aangegeven dat als het mijn vader was geweest of
broertje, had ik precies hetzelfde gedaan. Dus u kunt mij echt niet verdenken
van enige sentimentaliteit.’
Nu het verhaal zo dichtbij komt, zijn er twee tactieken
om het van onszelf weg te duwen. Een filosoof (Paul Cliteur) zegt: zie je wel!
Het verhaal van Abraham is zelf religieus terrorisme. Dat krijg je ervan als je
gelooft. Je kunt dus maar beter atheïst zijn.
Maar kun je wel zo makkelijk buitenstaander blijven? Als
je dat denkt, ga je er te makkelijk vanuit dat het verhaal van Abraham niets
met jezelf te maken heeft. Maar ook wij Nederlanders zijn volop betrokken in
allerlei oorlogen en die dienen niet altijd een hoger doel. Wil je dat
bestrijden, dan moet je eraan meedoen. Met andere woorden, buitenstaander
blijven is onmogelijk.
Een andere filosoof (Slangen) zegt: het verhaal van
Abraham kun je ook anders uitleggen. Je moet ook nadenken over het happy end.
Bij elke poging om te doden kan zo’n happy end voorkomen. Het kan gebeuren dat
het slachtoffer je aankijkt. Daardoor worden we teruggeworpen op onszelf. Ook
Theo van Gogh smeekte nog voor zijn leven. Het had anders kunnen lopen.
Ook deze tactiek is volgens mij geen echte uitweg. Je
gaat er dan vanuit dat we allemaal een soort Abraham zijn. We worden allemaal
opgezadeld met onmogelijke opdrachten, en de enige uitweg is dat we vertrouwen
op een happy end. We kunnen allemaal ineens medelijden krijgen met de
slachtoffers van deze wereld en daaraan proberen iets te doen. Maar wie zegt
dat wij in het verhaal de positie van Abraham hebben? Zijn we niet ook Izaak?
Izaak begrijpt er niets van wat zijn vader met hem doet,
waarom hij mee moet, de berg op. Papa zegt dat hij een dier wil offeren, maar
waarom neemt hij dan geen brandhout mee? Voor Izaak heeft het verhaal nog
minder betekenis dan voor Abraham. Hij wordt niet eens op de proef gesteld, hij
heeft geen stem gehoord en niets kunnen beslissen. Voor Izaak is er echt geen
uitweg.
Het kan dus goed zijn dat het verhaal van Abraham over
ons gaat, maar dat we het tegelijkertijd niet goed kunnen begrijpen. Wie zijn
wij? Waarom blijven we dit verhaal lezen? Niet meer omdat we gelovig zijn, ook
niet omdat we gelovigen eens goed de les willen lezen. Nee, we lezen het omdat
meneer Simons het op de agenda heeft gezet. En die heeft het verhaal ook maar
weer van anderen, van Kierkegaard en uit het boek Palladion. Nooit kom je op
een punt waarop je écht voor of tegen het verhaal kunt kiezen. Net als Izaak.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten