Hoe komt het toch dat ik al een tijdje geen filosofie lees? Uitgezonderd dan Plato, wat ik voor mijn werk moet doen.
Ik kets af op het gebrek aan zelfspot van de filosofie. In de geschiedenis heeft filosofie behoorlijk veel komische invloeden geïnhaleerd. Denk bijvoorbeeld aan de cynici. Maar die zijn grotendeels weer uitgeademd. Filosofie moet helder zijn, om didactische redenen. Of ze heeft een plechtige toon. Hooguit komt filosofie ertoe allerlei zaken te bespotten. Maar spot zonder zelfspot is niets meer dan een aanhangsel van de plechtige verzekering.
Daarom knappen andere mensen die klus maar op. Ze bespotten de filosofie van buitenaf, waarbij ze meteen bevrijd zijn van het gevoel dat je soms eigenlijk moet nadenken. Handig en praktisch! Een ander voordeel van deze kritiek zou kunnen zijn dat je erop kunt meeliften voor je zelfspot. Een kans die je als filosoof of gelegenheidsnadenker niet moet laten liggen. Je kunt de spot ook lenen bij de literatuur.
Een goed voornemen voor komend jaar: ophouden met heldere en plechtige filosofie, of in elk geval de gewetensprikkels in die richting niet te serieus nemen. Lees ik toch weer filosofie, dan neem ik me voor om een permanent gegniffel in mezelf te genereren.
Ik denk, dus ik gniffel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten